Groot Marseille: suikerplantaadje aan de Boven-Cottica ter regterzijde in het afvaren; palende benedenwaarts aan het Land-van-Mon-Désir, bovenwaarts aan het tweede Tabbetje [waarop de verlaten plantaadje Souburg gelegen is, en O. aan de suikerplantaadje La Paix], 300 akker groot, met 153 slaven. Zij wordt bewerkt met eenen molen. De Negers noemen haar Jacobie.

La Paix: suikerplantaadje aan de Cottica ter regterzijde in het afvaren; palende bovenwaarts aan den mond der Vredenburger-kreek, benedenwaarts aan [land van] de suikerplantaadje Groot-Marseille, 1736 akker groot, met 84 slaven. Deze plantaadje wordt door stoom bewerkt.

Ephrata: voormalige suikerplantaadje aan de Cottica ter linkerzijde in het opvaren; palende bovenwaarts aan de koffijplantaadje De-Nieuwe-Eendragt, benedenwaarts aan de voormalige suikerplantaadje Lemmerskamp, waarmede zij thans vereenigd de suikerplantaadje Ephrata-en-Lemmerskamp uitmaakt, 2270 akker groot.

Uit het Historisch-geografisch woordenboek van Suriname - naar A.J. van der AA (1839-1851)

palende aan: grenzend aan
akker: vierkantsmaat, 10˛ Surinaamse ketting (= 0.4293 ha.)